2007-03-03 – Breda – 4de Winterserie WIEGO

Bron  wandel verslag: http://quirinus.nww.yi.org/cgi-bin/wnd_versl.pl?action=verslag&verslag=Breda030307.txt&fot
Terwijl de regen naar beneden gutst en de windwaarschuwingen de ether door vliegen, staat om acht uur Theo voor de deur om ons op te halen voor een wandeltochtje in Breda.Bezorgd om zoveel overmoed worden we uitgezwaaid tot we de hoek omslaan en begeven we ons in het zaterdagverkeer dat ons zonder verdere problemen, maar met veel stuurmanskunst van Theo, naar de startplaats leidt.

De ontvangst in het knusse en goed warm gestookte zaaltje aan de Viandenlaan is zoals altijd ontroerend.We staan als haringen in een ton op elkaar gepakt, want een ieder vermijdt het om zich naar buiten te begeven.We kunnen ons nog lang genoeg door wind en regen heen worstelen.

Maar als het tegen negenen loopt, is het gedaan met de lijdzaamheid en dringen de wandelaars zich door de deur naar buiten en gaan met of zonder routebeschrijving het ongewisse avontuur tegemoet.Het heeft meer weg van een carnavalsoptocht, want sommigen zijn wel erg pessimistisch wat het weer betreft en hebben zich als een soort buitenaardse wezens in de kleren gestoken..

Met het hoofd gebogen tegen de felle wind en de regen striemend in het gelaat gaan wij met ons ploegje achter de koplopers aan om na een tiental minuten in de beschutting van het grote bos te komen.Het is haast een wonder, zoveel verschil, liepen we ons eerst nog enigszins te verbijten, nu uiten we onze tevredenheid over de keuze van Breda.Het regent nog steeds, maar van de wind hebben we geen last meer.Die giert door de toppen van de bomen en doet ons geen kwaad.

We zijn met z’n zevenen, Heine is in “de Schuttershof” achtergebleven en heeft voor een kortere afstand gekozen, en blijven bij elkaar in de buurt.Ook Bram gedraagt zich vandaag sociaal en laat het hardlopen aan de hazen over.Het bos is ons natuurlijk bekend van vorige gelegenheden, maar vandaag zien we het in een ander daglicht.Hele percelen bosgrond zijn door de overvloedige regen ondergelopen en doen mij denken aan de mangrovewouden in tropische streken.Alleen de temperatuur lijkt er niet op.Het regenwater dat langs de hals naar binnen sijpelt doet mij rillen en ook de onbeschutte handen hebben te lijden van het ijskoude water.

Ondanks al het ongemak klagen we niet en nu we eenmaal “A” gezegd hebben, zullen we doorgaan totdat “B” erop volgt.En mochten we gedacht hebben dat wij de enigen zijn, dan hebben we de plank behoorlijk mis geslagen, want de Brabanders zijn geen watjes en laten zich door het weer niet opzij zetten.Hele horden zwaar hijgende joggers doen hun best om tijdens de vastentijd net dat kilootje meer kwijt te raken.De ondanks de kou spaarzaam geklede dames pronken in hun interlockjes met hun figuur.We komen ze overal tegen.

Toch mogen we over het parcours niet klagen.De paden zijn redelijk goed te begaan en tegen de tijd dat we het bos weer uitkomen, is de regen opgehouden met plenzen.

In de wagenrust worden we door de dames van WIEGO verwend met een warme drank en een vrolijke lach alvorens we het stuk met tegenwind opgaan.De natte kleding plakt aan het lijf en de snijdende wind gaat er dwars doorheen.De koude rillingen overheersen, maar toch heb ik een warm gevoel van binnen.Met mijn vrienden om mij heen moet het mij lukken om de eindstreep te halen.

Het angelus heeft al een tijdje geleden geslagen als we bij de grote caférust, halverwege, aankomen.De hete thee en de liefdevol meegekregen boterhammetjes geeft mij nieuwe energie.Ik heb het even moeilijk gehad, maar de opbeurende woorden van mijn maatjes, helpen mij erover heen en na de rust ga ik dan ook weer vrolijk verder.

De regen is zo waar opgehouden, maar de wind waait onverminderd voort.Bij het kruisbeeld doe ik een vluchtig schietgebedje en daarna weer met versnelde pas verder.Het bos geeft zo nu en dan verlichting.En dan is daar zomaar ineens de zon die een kijkje op ons gezwoeg komt werpen.Ook de vogeltjes komen nu tot leven en vliegen af en aan met materialen voor hun liefdesnestje.En nu valt het mij op dat de natuur al druk bezig is met het voorjaar.De struiken botten al uit en hier en daar staan al rozen en andere bloemen in bloei.Het is een wonderlijke wereld.

Na een poos, bij de Hellegatweg, krijgen we bouillon aangeboden en in de luwte van deze schuur is het een goed moment om op adem te komen.Met nog tien kilometer te gaan trekken we verder om een klein uurtje later bij de wederhelft van de “bouillonman” van een appeltje te worden voorzien.Deze goedlachse dame houdt ons langer op dan de bedoeling is, maar zo’n extra rustpauze is mooi meegenomen.

We vervolgen onze route en gaan nu op het einddoel aan.Ik heb behoefte om alleen te zijn met mijn gedachten en zonder mij van de groep af.De vermoeidheid na een drukke week komt om de hoek kijken en ik verlang dan ook naar het einde.

Even verder haal ik Bram en Johan in die staan te treuzelen.Moeten we hier nu rechts of linksaf?Bram is resoluut en zegt:”Links”.Wij volgen gedwee en lopen met hem dus prompt verkeerd.Maar na een poosje zien we onze fout in en keren op onze schreden terug om alsnog de goede kant op te gaan.

Veel te laat, maar niettemin gelukkig om het slagen, komen we “de Schuttershof” om tien voor vijf weer binnen.Heine,zit al enkele uren op ons te wachten en is ongerust over ons lange wegblijven, maar zijn gezicht klaart op als hij ons ziet binnenstappen.

We hebben weer een lekker dagje buiten gehad en hebben de zware tocht toch maar weer mooi volbracht.De voldoening straalt van onze gezichten en we zijn het er unaniem over eens dat het bij WIEGO goed toeven is.

Met dank aan alle mensen die eraan meegewerkt hebben om deze tocht tot een succes te maken, besluit ik dit verslag en spreek de hoop uit er volgend seizoen weer bij te mogen zijn.

Quirinus.