Opkomst deelname Oliebollentocht was weer enorm

Zaterdag 4 januari 2020 was een jubileum voor de Oliebollentocht. WIEGO organiseerde voor de 50e maal deze tocht. De opkomst was navenant: 476 deelnemers waren komen opdagen. Gelukkig hadden we een vooruitziende blik gehad en waren de routebeschrijvingen ruim afgedraaid. Alles verliep vlekkeloos en zonder wanklank. De wandelaars kwamen ook allemaal tevreden terug. Met name de rustplaats in Taveerne Jeugdland bij Ulvenhout bevalt omdat daar voldoende ruimte is en dus meer zitplaatsen. De oliebollen na afloop deed blijkbaar alles verder vergeten want er zitten nu drie oliebollen in een zakje Voor de geïnteresseerden: totaal zijn er 1.470 oliebollen gebakken.

Hieronder een verslag over de Oliebollentocht van één van onze leden, Anita Lodewijks: 

Oliebollentocht

Echt boffen dat je vanaf de startlocatie Mariëndal binnen vijf minuten in het bos bent. Ik word er wel overvallen door het gekrioel van mensen. Fitnessgroepjes voor jong of oud, joggers die met zijn tweeën of het liefst alleen rennen, baasjes met hun viervoeter en veel wandelaars gewapend met de route van WIEGO. In het hondenlosloopgebied is Silver bijzonder geliefd. Menige hond snuffelt aan zijn kontje, soms met zijn tweeën tegelijk. Hoewel hij zich graag stoer gedraagt in de buurt van andere reuen, is hij nu het braafste hondje van de klas.

Bij de brede Stouwdreef doen de mensen me denken aan een voetgangersdomein vol winkelend publiek. Ze passeren me aan alle kanten. Alleen sjouwen ze hier niet met een tas vol kleding, om hun schouders hangt een praktische rugzak of ze dragen een tas om hun heupen. Al die drukte kan me niet bekoren en ik wijk uit naar het uitzichtpunt de Kogelvanger. Hier kan ik tenminste een vogel horen. Ik eet er een broodje en laat Silver drinken. Als ik verder ga, is het een stuk rustiger op de bospaden, maar een foto zonder wandelaars lukt echt niet. Wel als ik mijn camera naar de bosmeren richt. Mooi is er de weerspiegeling van de bomen, net als in de sloten. Dat hebben we de afgelopen zomers moeten missen door alle droogte. Je kunt prima lopen op de markeringen. Toch kijk ik af en toe op mijn routebeschrijving. Dat heeft zijn voordelen. Anders had ik een markering gemist.

Een groep kinderen sprint er heen en weer langs een rij houten palen. Een van hen heeft zijn jas over de paal met de markering gegooid. Slechts een piepklein geel hoekje is zichtbaar voor de extra goed oplettende wandelaar. Ik attendeer de begeleider erop en hij haalt het kledingstuk weg. Bij de Schapendreef moet ik opnieuw linksaf, maar ik kan de verleiding niet weerstaan om rechtsaf te gaan. In de verte lonkt het vlonderpad. Misschien kan ik er een roofvogel spotten. Het is sowieso een mooie open plek. Wanneer ik de sfeer daar lang genoeg heb geproefd, loop ik terug naar de route. Verderop bij een brede boslaan trekken de wandelaars van de 10 en 15 kilometer samen over de Oude Postbaan. Hoewel mijn rechtervoet af en toe protesteert, ben ik blij dat ik me toch aan de 15 kilometer heb gewaagd. Wie de 10 kilometer koos, heeft een mooi stukje bos gemist.

Als op het fietspad langs de Galderseweg een duofiets ons tegemoetkomt, hou ik Silver dicht naast me. Hij ziet geen gevaar in fietsers of auto’s. Dus bij het oversteken ook voor hem goed uitkijken en daarna een onverharde zijweg in. Links ligt het terrein van de Visio school. Hier wordt onderwijs gegeven aan leerlingen met een visuele beperking. Verderop een stukje Brabant dat nostalgie uitstraalt. Ik ben er vaker geweest en geniet elke keer weer. Een stenen huis is omzoomd door een rood-bruine beukenhaag en bij een oude boerderij grazen twee schapen vredig in het weitje naast de voortuin. Een eindje van de weg af trekt een robuuste houten bank mijn aandacht. Die kan ik onmogelijk voorbij lopen. Zigzaggend tussen de bomen door ga ik erheen. Ik zet mijn rugtas op de bank en Silver springt ernaast. Hij gaat zo dicht mogelijk bij de tas zitten, stoot er met zijn neus tegen. ‘Wil je drinken?’ vraag ik. Hij slurpt van het water alsof het een warme zomerdag is. Komt vast door zijn dikke vacht, die hij binnenkort bij de kapster mag achterlaten. Het nostalgische plaatje wordt voltooid door twee paarden die een wagen voortrekken. De man en vrouw daarop zijn warm aangekleed. Bij de boerderij rijden ze via de authentieke staldeur naar binnen.

Met een bocht draait de zandweg naar het Markdal dat in elk seizoen aantrekkelijk is. In de graslanden troepen ganzen. Als ik met Silver nader, verkiezen de brandganzen een grotere afstand dan de kolganzen. Met kleine pasjes lopen ze in keurige rijen van ons vandaan. Ze gakken minder luidruchtig dan wanneer ze zich door de lucht verplaatsen. We kruisen Ulvenhout om naar de rust te gaan bij Taveerne Jeugdland. Elf kilometer zit erop. Eerst even plassen. Martha biedt aan Silver vast te houden. Er zijn veel lieve mensen bij WIEGO die spontaan even op hem willen passen. Martha en Arie zijn met hun jongste zoon en schoondochter aan het wandelen. Ze nodigen me uit bij hen aan te schuiven. De sfeer is zo gezellig dat ik voor mijn doen wel erg lang pauzeer. Maar er is geen bus die ik moet halen. Dus alle tijd.

De laatste 4 kilometer haal ik mijn camera niet meer tevoorschijn. De hemel is grijzer en grijzer geworden. Dat nodigt minder uit voor een foto. Maar terug bij Mariëndal lonkt de historische dorpskerk van Ginneken. Niet alleen de kerk is fotogeniek, maar ook de oude bomen en niet te vergeten de bakstenen kerkhofmuur langs de Duivelsbruglaan, rijkelijk begroeid met frisgroen mos. Ik kan terugkijken op een mooie wandeling met dank aan de routemaker en de vele vrijwilligers die zich voor dit evenement hebben ingezet. En de oliebollen die ik bij afmelding krijg, gaan mee naar huis. Er zitten er weliswaar drie in het zakje, maar de derde aan Silver geven? Een kluif is beter voor zijn hondenmaagje.