De eerste SOP (Samen Op Pad) in het nieuwe normaal. Dat betekent een kleine groep van 30 personen. We treffen het, en na de auto onderweg geparkeerd te hebben, en pijlen gezet hebbende vanaf het station, kunnen we onder een stralend zonnetje van start. Dit jaar gaan we, na een stukje langs de Rijn, het echte groene hart ervaren. Al snel gaat het over een smalle houtkade waar een boer de afgelopen dagen bedacht heeft dat de sloot uitgebaggerd moet worden….. en dat het afval best wel op het pad kan blijven.
We wandelen over een stuk Hollandse kade naar uitdaging twee: een overstaphekje alvorens we dwars door de weilanden gaan. De pinken die er lopen zijn inmiddels wat ouder dan de eerste keer dat ik hier de weilanden doorkruiste en zijn niet meer zo nieuwsgierig. Enkele staan nog net op, de rest blijft herkauwd liggen. Langs oude boerderijen en luxe woningen lopen we richting recreatieterrein Oortjespad. Een groene oase tussen de weilanden. Daar lopen we over een stuk vlonder boven stil spiegelend water, met op de achtergrond het restaurant. Een idyllisch beeld. In het stuk groen dat volgt kan even ongezien getoiletteerd worden, en zo komen we over de golfbaan bij de wagenstop.
Voor iedereen staat er een tasje achterin de auto met ‘koek en zopie’. Allemaal met dezelfde inhoud, dus één voor één een tasje pakken en door lopen. De stenen stootblokken zijn prima om op te zitten en staan op coronaproof afstand van elkaar. We zetten de wandeling voort via het dorpje Kanis naar Kamerik waar een PLUS en een bakker zit. De tasjes waren kennelijk goed genoeg gevuld, want niemand wil iets halen.
Na de terugkomst van twee personen, die in het plaatselijke café naar het toilet zijn geweest, gaan we naar de Boer-Inn waar we over het terrein wederom de weilanden bezoeken. Met een klein stukje langs de Grecht komen we aan de rand van Woerden uit. We zoeken het landgoed Bredius op met oude fruitgaarden en maken langs de watertoren, molen, Bonaventurakerk en kasteel een rondje om het drukke centrum heen. Nog een klein stukje Rijn en dan langs het station, waar enkelen gelijk de trein nemen, terug naar de auto’s.
Al om half vier zijn we terug. Tja, het volhouden van het SOP-tempo blijkt niet mijn sterkste kant te zijn.
Hans Zijlmans.