Op 6 januari 2024 werd door WIEGO de traditionele jaarlijkse Oliebollentocht voor de 54e maal georganiseerd. En daar moet natuurlijk op worden getoast. Bij de Oliebollentocht van WIEGO doe je dat met een zakje met drie oliebollen. Dus alle deelnemers kregen na afloop zo’n zakje. Een aantal wandelaars kreeg ook nog een medaille omdat ze daarvoor hadden ingeschreven en betaald. In totaal liepen 391 wandelaars deze Oliebollentocht. En na afloop in bleef het nog gezellig druk in gebouw Mariëndal doordat er naast het nuttigen van de oliebollen vaak ook nog wat werd gedronken. Zonder te toasten, dat dan weer niet.
De deelnemers waren, voor zover wij de reacties kregen te horen, zeer tevreden over het afwisselende parkoers, de duidelijke parkoersbeschrijving, de bepijling, en uiteraard de oliebollen. Met name over de bepijling en de oliebollen kwamen veel complimenten binnen. Wel werden de wandelaars op de afstand 20 km vooraf gewaarschuwd voor de slechte (drassige) toestand van de onverharde paden in het Ulvenhoutsebos. Dit bos was alleen in de route van de 20 km opgenomen. Een paar deelnemers hebben daarop hun afstand ingekort naar 15 km of een combinatie gemaakt van de 15 en 5 km. Maar veel deelnemers op de afstand 20 km kozen er voor om het uitgezette parkoers te volgen dat – in hun ogen – best mee viel. Het is maar wat je gewend bent.
De route van de Oliebollentocht voerde, afhankelijk van de gekozen afstand, door het Mastbos en Ulvenhout naar de rust in taveerne Jeugdland bij Ulvenhout. Verder leidde de route door het Ulvenhoutsebos (voor de afstand 20 km) en via natuurgebied Wolfslaar naar de Bieberg en langs de rivier De Mark terug naar de finish in Mariëndal. Vanwege de hoge waterstand van De Mark, waardoor niet alleen het wandelpad maar ook het fietspad blank stond en door de gemeente was afgesloten, ws de route vanaf het kantoor van Staatsbosbeheer verlegd over de Bouvignelaan. Dat gaf meteen de deelnemers een ander zicht op kasteel Bouvigne.
Omdat er ook een speciale medaille voor de Oliebollentocht is, werd deze door 64 deelnemers mee naar huis genomen, waarbij deze al dan niet om de nek aan het draaglint werd gedragen